Er zijn vooral vragen over de verdeling van risico's bij het pensioensparen tussen jong en oud en tussen lagere en hogere inkomens. De doorrekening van het Centraal Planbureau (CPB) vrijdag zaaide bij oppositiepartijen PvdA, D66, GroenLinks en SP hierover direct twijfel.
Risico's
Ook VVD-Kamerlid Ineke Dezentjé vraagt nu aandacht voor risico's die pensioenbestuurders straks kunnen nemen met beleggingen en het waardevast houden van uitkeringen voor de oude dag. Dit zou ten koste kunnen gaan van het pensioen dat moet overblijven voor volgende generaties.
De partijgenote van VVD-minister Kamp vreest verder voor de vrijheid die pensioenbesturen krijgen, omdat verschillende regelingen per sector en bedrijf gaan ontstaan. Dit zou werknemers kunnen belemmeren van baan te wisselen, omdat de overdracht van pensioen naar een ander fonds lastiger wordt. Oppositiepartijen PvdA, D66 en GroenLinks toonden zich vorige week direct na de doorrekening van het CPB al bezorgd, dat bij slechte uitwerking van het pensioenakkoord jongere generaties (onder de 50 jaar) de dupe kunnen zijn. De PvdA vreest met de SP bovendien voor koopkrachteffecten voor lagere inkomens.
De partijgenote van VVD-minister Kamp vreest verder voor de vrijheid die pensioenbesturen krijgen, omdat verschillende regelingen per sector en bedrijf gaan ontstaan. Dit zou werknemers kunnen belemmeren van baan te wisselen, omdat de overdracht van pensioen naar een ander fonds lastiger wordt. Oppositiepartijen PvdA, D66 en GroenLinks toonden zich vorige week direct na de doorrekening van het CPB al bezorgd, dat bij slechte uitwerking van het pensioenakkoord jongere generaties (onder de 50 jaar) de dupe kunnen zijn. De PvdA vreest met de SP bovendien voor koopkrachteffecten voor lagere inkomens.
Afhankelijk
Kamp is voor de hervormingsplannen met sociale partners afhankelijk van de oppositie. Het minderheidskabinet van VVD en CDA krijgt alleen steun van gedoogpartner PVV voor verhoging van de AOW-leeftijd in 2020 van 65 naar 66 jaar. Het akkoord met sociale partners gaat verder. Zo wordt de pensioenleeftijd gekoppeld aan de stijgende levensverwachting, waardoor deze in 2025 stijgt naar 67 jaar.