Huwelijksvermogensrecht
De wet die het huwelijksvermogensrecht moderniseert treedt op 1 januari 2012 in werking. Het handhaaft de gemeenschap van goederen als het basisstelsel van huwelijksvermogensrecht. Wel zijn aanpassingen opgenomen om aan te sluiten bij maatschappelijke ontwikkelingen zoals emancipatie, het blijven werken van vrouwen en de toename in het aantal echtscheidingen. De wet geeft onder andere een regeling voor het geval een echtgenoot privégoederen verkrijgt met geld uit de huwelijksgemeenschap of het privévermogen van de andere echtgenoot, en wanneer privéschulden worden betaald uit de huwelijksgemeenschap of het privévermogen van de andere echtgenoot.
Ook wijzigt de wet het tijdstip van ontbinding van de huwelijksgemeenschap. De gemeenschap zal worden ontbonden op het moment dat het verzoek tot echtscheiding wordt ingediend en niet pas op de dag dat de echtscheidingsbeschikking wordt ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.
Informatieplicht
De Belastingdienst en opsporingsdiensten kunnen vanaf 1 januari 2012 informatie opvragen bij notarissen over geldtransacties die verlopen via hun derdengeldenrekening. Op die manier kunnen notarissen helpen fraude aan het licht te brengen. Het gaat om informatie rond de financiële afwikkeling van transacties zoals de namen en overige gegevens van de bij de transactie betrokken partijen. Ook kan gevraagd worden naar de aard van de transactie, de omvang van de betalingen en de gebruikte rekeningnummers. De gegevens zijn belangrijk voor controle van de geldstromen voor de opsporing en vervolging van strafbare feiten. Ook zijn ze essentieel voor een juiste heffing en inning van belastingen. Met name malversaties in de vastgoedbranche en witteboordencriminaliteit, waaronder witwassen, kunnen hiermee beter worden bestreden.
Kosten adoptie
Ook treedt de regeling tegemoetkoming kosten interlandelijke adoptie in werking. Adoptiefouders kunnen een eenmalige tegemoetkoming van €3.700 ontvangen ter compensatie van de gemaakte kosten van interlandelijke adoptie. Het gaat om interlandelijke adopties die tussen 1 januari 2009 en 1 januari 2013 tot stand zijn gekomen. Aan de uitbetaling van het bedrag is een aantal voorwaarden verbonden. De belangrijkste is dat de adoptieprocedure in overeenstemming met de Wobka is afgerond. De regeling zal worden uitgevoerd door het Agentschap SZW, dat onderdeel is van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Elektronische VOG
Daarnaast wordt het mogelijk om met ingang van 1 januari 2012 de VOG elektronisch aan te vragen. Hierdoor wordt het aanvragen van de VOG gemakkelijker, omdat mensen niet meer zelf naar het gemeentehuis hoeven indien zij de VOG elektronisch aanvragen. Ook zijn de leges van de elektronische VOG € 5,50 lager, omdat er minder administratieve handelingen hoeven te worden verricht. Met de elektronische VOG aanvraag wil Teeven het gebruik van de VOG nog verder stimuleren.
Procesvertegenwoordiging
De Nederlandse Staat zal niet langer procederen tegen Nederlandse burgers als er sprake is van internationale kinderontvoering. De procesvertegenwoordigende bevoegdheid van de Centrale autoriteit in zaken van internationale kinderontvoering stopt per 1 januari 2012.
In de nieuwe situatie zal de Centrale autoriteit de buitenlandse partner doorverwijzen naar een advocaat, zodat deze het geschil aan de rechter kan voorleggen. De Centrale autoriteit zal de procesvertegenwoordiging in zaken die vóór 1 januari 2012 aanhangig zijn bij rechtbank, hof of Hoge Raad nog voortzetten. Ouders worden voor een eventueel hoger beroep in deze zaken wel doorverwezen naar een advocaat.
Taakstraf
Een taakstraf kan niet meer worden opgelegd voor ernstige zeden- en geweldsmisdrijven. Ook als een veroordeelde binnen vijf jaar nadat hem een taakstraf is opgelegd weer een (soortgelijk) misdrijf pleegt, kan hij niet opnieuw worden bestraft met een taakstraf. De bescherming van de samenleving en het voorkomen van nieuwe slachtoffers maken toereikende straffen en maatregelen noodzakelijk. Daarom is de taakstraf in de visie van het kabinet alleen een geschikte straf voor lichte strafbare feiten. Deze regeling treedt op 3 januari 2012 in werking.