Deze wet bundelt een aantal sociale regelingen, waaronder de uitkeringsregeling voor jonggehandicapten (Wajong), de sociale werkvoorziening (WSW) en de bijstand. "Teveel mensen die kunnen werken, staan nu onnodig langs de kant", stelt De Krom. "Daar ligt een verantwoordelijkheid voor werkgevers, maar ook voor mensen zelf. Iedereen die (gedeeltelijk) kan werken, moet dat ook doen. Alleen zo kan de overheid ook in de toekomst bescherming blijven bieden aan mensen die echt op hulp en ondersteuning zijn aangewezen." Eerder zei De Krom al dat de helft van de mensen in de bijstand in staat is om gewoon te werken.
Aantrekkelijker
De wet bevat maatregelen die het voor werkgevers aantrekkelijker moeten maken om mensen met een arbeidshandicap in dienst te nemen. Zo zorgt loondispensatie er voor dat werkgevers alleen betalen voor wat er daadwerkelijk geproduceerd is. De overheid vult het inkomen aan tot minimumloon. Met werkgeversorganisatie VNO-NCW en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn verder afspraken gemaakt over het creëren van 5000 werkervaringsplaatsen. Als het aan De Krom ligt treedt de wet op 1 januari 2013 in werking.
Wajong
De Wet werken naar vermogen is bedoeld voor mensen die een bijdrage aan het arbeidsproces zouden kunnen leveren. Voor duurzaam volledig arbeidsongeschikte jongeren blijft de Wajong bestaan. De sociale werkplaatsen blijven bestaan voor hen die niet in een reguliere werkomgeving kunnen werken. De uitvoering van de wet komt bij de gemeenten te liggen. Een belangrijk deel van het budget van het UWV wordt daarom overgeheveld naar de gemeenten. In totaal krijgen de gemeenten voor de uitvoering in 2015 circa 2,6 miljard euro beschikbaar.
Stap
Divosa, de koepel van sociale diensten, vindt de wet een 'stap in de goede richting'. Wel zegt voorzitter Rene Paas dat de wet nodeloos ingewikkeld is, waardoor het succes ervan in het geding komt. Hij roept daarom de Tweede Kamer op om niet te veel te willen wijzigen aan het huidige wetsvoorstel. Met name de regels rond loondispensatie dreigen bureaucratisch te worden wat het voor werkgevers en gemeenten lastiger maakt om mensen aan het werk te krijgen.